Over het algemeen zal een werkgever het geen probleem vinden als je onder werktijd een telefoontje opneemt. Echter mag het niet zo zijn dat het werk hieronder lijdt. De vraag is dan ook: waar trek je de grens tussen zakelijk en privéleven?
De vraag of het uitvoeren van privéactiviteiten onder werktijd kan leiden tot ontslag op staande voet deed zich afgelopen december voor in een uitspraak van Rechtbank Midden-Nederland.
Ontslag op staande voet wegens privéactiviteiten
Op 1 juni 2022 is de werknemer in dienst getreden bij een bedrijf dat handelingen verricht op het gebied van vastgoed. Twee maanden na de indiensttreding van de werknemer constateerde de werkgever dat de werknemer onder werktijd een ziekenhuis bezoek had ingepland en zes huur- en koopwoningen voor privé had gezocht en bezichtigd. Hiervoor heeft hij geen toestemming gevraagd aan de werkgever. Dit was voor de werkgever de reden om de werknemer op staande voet te ontslaan.
Werknemer gaat in verweer
De werknemer is het hier niet mee eens en besluit hiervoor naar de rechter te gaan. Hij verzoekt hierbij dat het ontslag op staande voet wordt vernietigd. Ook wil hij het loon ontvangen dat hij gedurende periode van ontslag heeft misgelopen.
Beoordeling kantonrechter
Naar het oordeel van de kantonrechter is de reden voor het ontslag niet dringend, waardoor ontslag op staande voet niet kan worden gerechtvaardigd. Hij benoemt hierbij dat een goed werkgever aan de werknemer ruimte dient te geven om privé-activiteiten tijdens werk te verrichten, zolang de werknemer dit redelijkerwijs beperkt. Denk aan het inplannen van afspraken buiten werktijd, voor zover dit mogelijk is. Het was echter aan de werkgever om het belang van een strikte scheiding tussen werk en privé kenbaar te maken aan de werknemer op het moment dat de werknemer bij het bedrijf aan de slag ging. Ook zouden de consequenties van het niet naleven van deze regels aan hem bekend gemaakt moeten zijn. Nu dit niet is gebeurd mocht de werknemer niet op staande voet ontslagen worden. Dit ontslag werd dan ook vernietigd.
Gevolgen voor werkgever bij onterecht ontslag
In dit geval voelde de werkgever zelf aan dat het ontslag wellicht niet had gemogen. Nu het ontslag toch was doorgezet en werd gehandhaafd, is er sprake van ernstige schending van goed werkgeverschap. Deze bijzondere omstandigheden maken dan ook dat het verzoek tot vergoeding van de werkelijk gemaakte kosten van juridische bijstand en een billijke vergoeding van €10.000 voor het ontslag werden toegekend.
Conclusie
De conclusie luidt dan ook dat het van de omstandigheden van het geval afhangt of er sprake is van een dringende reden, maar ontslag op staande voet zal niet snel worden aangenomen op grond van het verrichten van privéactiviteiten tijdens het werk.
Juridische hulp nodig?
Zoekt u juridische hulp? Neem dan vrijblijvend contact op met Smit & Smit Advocaten voor een adviesgesprek. Ons team van advocaten staan voor u klaar bij het vinden van de juiste oplossing. Wij zijn gespecialiseerd in diverse rechtsgebieden.